In de media podcast EventSummit

Respons in het nieuws

BNR Ochtendspits over opening festivalseizoen

Pasen is traditioneel de start van het festivalseizoen. BNR Nieuwsradio vond dat een goede aanleiding om met onze specialist Lex Kruijver van gedachten te wisselen over de ontwikkeling in de evenementensector. Daarbij konden wij natuurlijk putten uit de data die wij al gedurende vele jaren verzamelen, maar ook uit de gesprekken die wij voeren met organisatoren in het kader van onze verschillende opdrachten.

Luister hier het interview

 

Eerdere interviews met Respons specialisten:

 

Livestream en podcast tijdens EventSummit

Respons is regelmatig in het nieuws. De presentatie vak- en publiekbeurzen 2022 van onze specialist Lex Kruijver tijdens de afgelopen EventSummit, als voorproefje op de Monitor Beurzen, werd via een livestream uitgezonden. Daarna werd hij er voor de podcast ‘het piept en het kraakt’ geïnterviewd. 

Bekijk hier de Respons presentatie of beluister/bekijk de podcast

Conference Matters over destinatiemarketing zakelijke markt

Conference Matters is een vakblad gericht op de zakelijke markt van evenementen, beurzen en congressen. Het Engelstalige magazine verschijnt enkele malen per jaar en wordt als print verspreid onder o.a. PCO’s en andere organisatoren in het buitenland en is als online magazine. Onze specialist Eduard Pieter Oud leverde een bijdrage voor een artikel over citymarketing voor de zakelijke markt (nov. 2022).   

Lees hier het artikel

BNR Ochtendspits over Vuelta

De start van de wielerronde van Spanje in Utrecht was voor BNR Nieuwsradio aanleiding om onze specialist Eduard Pieter Oud te interviewen. Bij BNR Ochtendspits ging het over de waarde van de Vuelta en andere grote evenementen voor een stad? Respons kijkt in haar analysemodel niet alleen naar economische (kosten/baten analyse) en promotionele waarde. Ook het maatschappelijke en organisatorische aspect worden meegenomen. Dat blijkt ook uit het gesprek.  

Luister hier het interview

Koffie voor 2 van Alkmaar Marketing

Gemeente Alkmaar gaf ons de opdracht het bestaande beleid voor evenementen en citymarketing te vernieuwen. Voor het eerst voegt Alkmaar beide vakgebieden in één beleidsstuk samen. Onze specialist Lex Kruijver is vanuit deze opdracht geïnterviewd in de podcastserie ‘Koffie voor 2’. Hij sprak 0ver evenementen(beleid) in Alkmaar maar ook elders . Lessen van diverse recente Respons opdrachten komen in het gesprek aan de orde. Denk daarbij aan Zwolle, Tilburg en Hoorn.  

Luister hier de podcast. 

De Aanvoerders van NH Media

De Aanvoerders is een podcast serie van NH Media over Noord-Holland. Er worden mensen geïnterviewd die volgens NH Media een bijdrage leveren aan de toekomst van de provincie. Ook twee van onze specialisten zijn voor NH Media  ‘aanvoerder’ en schoven aan. 

Het interview met Lex Kruijver ging over evenementen in het algemeen. Maar ook over de gevolgen van Covid19 en de toekomst van deze creatieve bedrijfstak. En het belang van evenementen als instrument voor citymarketing komt aan de orde. 

Klik hier voor het interview

Eerder werd Eduard Pieter Oud uitgebreid geïnterviewd. Zijn gesprek ging onder meer over toerisme, citymarketing en de regio Amsterdam. Ook ‘overtourism’ / de drukte in de stad kwamen aan de orde. In 20 minuten ben je een stuk wijzer….

Klik hier voor het interview

 

Heb je interesse voor Eduard Pieter Oud of Lex Kruijver als spreker op je eigen congres of workshop? Ze zijn graag bereid om een maatwerk verhaal te presenteren.

 

Destinaties op sportshirts

Nu de Tour de France is afgelopen, krijgen we weer minder destinaties op sportshirts op TV te zien. Namen als UAE (Verenigde Arabische Emiraten), Bahrein, Astana (Kazachstan) en Israël Premier Tech waren, als naamgevers van wielerteams, de afgelopen drie weken prominent in beeld. Maar ik zag ook de Franse regio Vendée voorbij komen op het tricot van het team Total Energie. Deze sponsoring is niet nieuw. Sommige teams bestaan al jaren, en ook in een verder verleden zagen we destinaties op sportshirts, niet alleen in het wielrennen.

Grote vraag is wat bestemmingen als regio’s, steden of landen willen bereiken met deze vorm van sponsoring. Gaat het om naamsbekendheid of  kan het tonen van je plaats- of regionaam op een sportshirt werkelijk bijdragen aan het realiseren van city- of destinatiemarketing doelen?

Naamsbekendheid

Een aantal jaren terug paste een naamsvermelding van een destinaties op sportshirts bij de toenmalige visie op promotie van vooral toeristische bestemmingen. Ameland koos er destijds voor om haar naam op de achterkant van het shirt van de FC Groningen te zetten. De toenmalige marketing/VVV directeur gaf als eenvoudige verklaring dat de naam van zijn eiland zo bij miljoenen mensen zichtbaar werd en de naamsbekendheid zou stijgen. Het was de tijd waarin we om die reden ook op een beurs stonden of adverteerden in bladen met een groot bereik als de ANWB Kampioen of de Duitse WAZ (krant). De activiteiten droegen, daar waren we tenminste van overtuigd, bij aan het aantrekken van (toeristische) bezoekers.

Sinds die tijd heeft ons vakgebied (destinatie-/citymarketing zich enorm ontwikkeld. Inmiddels gaat het om het bouwen van een merk op basis van een uitgekiende marketingstrategie voor je destinatie/plek vanuit merkwaarden, doelen en doelgroepen en om imago. Ook bij ‘sportswashing’ gaat het om het creëren van een positief beeld van een land, regio of stad, om imago. Het gaat dus verder dan alleen maar naamsbekendheid of aantrekken bezoekers en lijkt daarmee op moderne citymarketing.

Voetbal

In het voetbal zien we ook destinaties op de sportshirts. De simpele boodschap ‘Visit Rwanda’ was te zien bij Arsenal en Paris Saint Germain en in Nederland staat Curaçao op de mouw van Ajax. Het lijkt de aanpak van jaren geleden gericht op naamsbekendheid en het aantrekken van bezoekers. Het lijkt iets anders omdat we het tegenwoordig omschrijven met ‘het richten op de awareness fase van de customer journey’ voor (toeristisch) bezoek, maar is het eigenlijk niet.

Maar met Brainport Eindhoven op de borst van de PSV spelers en Maastricht Region op die van MVV gaat het niet om bezoekers maar om het versterken van het zakelijk profiel van het gebied, de B van bedrijven dus. Creatief is de vermelding onverwachtehoek.nl op de shirts van de Graafschap waarbij de Achterhoek als woonplek wordt geprofileerd, de B van bewoner dus. Naast bezoeken aandacht voor wonen en werken en vanuit die gedachte brede citymarketing.

Past het?

Maar vraag blijft wel of het past bij wat je wilt bereiken. Is het een onderdeel van je marketing- en brandingstrategie? Bereik je op deze manier de gewenste doelgroepen? Draagt het bij aan het realiseren van je doelstellingen? Kortom, passen destinaties op sportshirts bij de huidige professionele status van ons vakgebied of zijn we nog weinig opgeschoten?

Eduard Pieter Oud
Specialist citymarketing

 

Steden hebben natuurlijk ook andere banden met sportwedstrijden en in het bijzonder wielrennen. Naar aanleiding van de start van de Vuelta in 2022 werd onze specialist geïnterviewd door BNR over het belang hiervan.

Meer weten over sponsoring? Onze SponsorMonitor biedt jaarlijks een analyse van de Nederlandse sponsormarkt

Corona is drama voor binnenstad

Corona is een drama voor de binnenstad en dan met name de coronamaatregelen. Natuurlijk, in een pandemie is het lastig beslissingen nemen. In dit blog dan ook geen discussie over de maatregelen zelf, maar meer over de gevolgen voor de binnenstad. De centra van steden hadden het ook voor de ontdekking van Covid19 lastig. De opkomst van het online shoppen leidde al tot minder winkels en  leegstand. Zowel ketens als lokale winkeliers sloten vestigingen. Weliswaar groeide het horeca aanbod maar dat vulde zeker niet alle ontstane ruimte. Daar komen de gevolgen van corona dus bovenop. Open, dicht, open, dicht en juist in de tijden dat veel ondernemers het belangrijkste deel van hun omzet moeten maken. Je kunt nog zo’n goede ondernemer zijn, je moet wel mogen ondernemen.

Diversiteit van de stad

Hoewel de schade van de lockdowns vooralsnog beperkt lijkt, is de vrees voor grote aantallen sluitingen van winkels en horeca bedrijven groot. Hebben we straks een binnenstad alleen nog drogisterijen, supermarkten en andere essentiële winkels? Wellicht komen er straks regelingen om het financiële (voorraad- en omzet)verlies te beperken, maar wat doet het met de ondernemer? Heeft die er nog vertrouwen in? Of verwachten ze dat nu hun klanten weer massaal naar de online shops worden gestuurd ze straks in mindere mate terugkomen?

Het gevolg kan zijn dat ondernemers die voor corona ondanks de concurrentie van webwinkels een goede boterham konden verdienen, definitief de handdoek werpen. Bij gebrek aan perspectief. En de angst is dat vooral die winkels die de stad divers en daarmee het bezoek aantrekkelijk, maken het loodje leggen.

In de horeca hetzelfde verhaal. Hoewel het lijkt alsof de bedrijven met in ieder geval een terras het aardig doen en er toch best nog wel wat kon, is ook hier de nood hoog. Ook creatieve horeca ondernemers moesten gewoon hun tent sluiten. En voor veel binnenstad bedrijven biedt thuis bezorgen nauwelijks soelaas. Daarbij, de financiële compensatie is beperkt. En wat te denken van ondernemers die juist in coronatijd zijn gestart. We zouden ze moeten koesteren maar ze worden hard gestraft. Ze mogen buiten hun schuld niet ondernemen en worden ook nog eens niet gecompenseerd.

De vrees dat de binnensteden worden uitgekleed is groot. Juist die leuke lokale winkeliers en horecabedrijven zorgen voor de diversiteit in de binnenstad. Ze brengen beleving en maken de stad een bezoek waard. Een goede mix van ketenbedrijven en (veel) lokale ondernemers blijkt juist een grote aantrekkingskracht te hebben.

Breda Carnaval Evenementen

Evenementen

Het centrum is in veel gemeenten het decor voor evenementen. De afgelopen twee coronajaren was daar echter weinig sprake van. Er zijn zeker zorgen over het organiserend vermogen. Zijn er straks nog wel organisatoren over van die leuke, lokale evenementen? Er zijn signalen dat als alles nog langer duurt professionele organisatoren en toeleveranciers omvallen. Maar ook zien we dat vrijwilligers afhaken na twee jaar te hebben stilgestaan.

Maar daarnaast zou het verdwijnen van die lokale winkels en horecabedrijven een harde klap zijn voor de evenementen. Juist die ondernemers betalen en organiseren (mee). Of het nu gaat om de intocht van Sinterklaas, culturele optredens of shopping nights, zij maken zich er hard voor. Veel ketenbedrijven, een enkeling uitgezonderd, openen slechts de deuren als er wat gebeurt maar meebetalen of organiseren komt heel zelden voor. Zeker door de “essentiële” ketenwinkels niet.

Toerisme

Grote, middelgrote of kleine steden, corona is een drama voor elke binnenstad. Het bezoeken van steden staat onder grote druk. Steden in traditionele toeristische regio’s in het buitengebied (kust, bos) hebben het nog wel aardig gedaan, dankzij de Nederlander die “Lekker weg in eigen land” ging. Maar steden die gericht zijn op het internationale bezoek hebben het veel zwaarder. En gezien de wispelturigheid van het virus en de maatregelen is het de vraag hoe snel deze markten zich herstellen.

Samenwerken om te zorgen voor een diverse binnenstad met een eigen identiteit is het credo. Waarschijnlijk met een compactere binnenstad. En zorg voor het behoud van evenementen die juist voor extra beleving zorgen. Daar zijn we straks zeker aan toe.

Eduard Pieter Oud,
Specialist Citymarketing

Amsterdam toerisme

Leve de toerist!

Door corona staan we volgens velen op een splitsing. Welke richting willen we op in het ‘after covid’ tijdperk? Gaan we door op de ingeslagen weg of gebruiken we het momentum om de koers te verleggen? In de toeristische sector worden deze vragen gesteld en onderwerpen die worden benoemd zijn onder meer transport (vliegen!), druk op milieu en openbare ruimte maar ook economie en houdbaarheid van voorzieningen. In eigen land denken we er ook over na: hoe straks verder?

Vóór de pandemie hadden we het vooral over de verwachte groei van het wereldwijde toerisme en de effecten die de groei zou (kunnen) hebben. Overtoerisme is een nieuw woord dat model staat voor een gevoel dat de leefbaarheid sterk is aangetast door de aantallen (toeristische) bezoekers en het ontstaan van een mono cultuur in de voorzieningen als gevolg, zoals in Amsterdam of Venetië. Voor lokale Nederlandse beleidsmakers en politici is onze hoofdstad een belangrijke referentie. Er is een tweeledige reactie zichtbaar: stuur ze maar naar ons óf dat willen we niet. Het Nederlands Bureau voor Toerisme en Congressen schrijft in ‘Perspectief 2030’ hoe we in de toekomst de groei kunnen managen, maar de bezoeker blijft welkom!

Covid19 heeft ons vakantiepatroon, in ieder geval tijdelijk, veranderd. Voor de uitbraak waren citytrips zeer populair, nu zien we dat vooral het buitengebied een grote aantrekkingskracht heeft. Campings, boten en vakantiewoningen wonnen het van hotels en AirBnB en we blijven vooral  dicht bij huis. In Nederland zien we dat de regio Amsterdam de grootste klappen heeft gekregen en gebieden als de Noordzeekust en Veluwe de (verblijfs)schade wisten te beperken door de goede zomer van 2020. Als we kijken  naar vermaak zoals musea, attracties en natte horeca, dan zien we overal een sterk achterblijvende vraag, met name veroorzaakt door de beperkende maatregelen. Maar ook daarvoor geldt dat de Amsterdamse regio er meer last van heeft dan andere (traditionele) toeristische bestemmingen.

Wat er straks gebeurt, als eerst Europa en later de rest van de wereld is gevaccineerd, is moeilijk te voorspellen. Blijven we dichtbij huis of gaan we toch weer verder weg? Gaan we kamperen of pakken we toch weer een vliegtuig met een hotel? Het zijn spannende en tegelijk onzekere tijden. Maar als iets duidelijk is geworden, is het dat toerisme geen vanzelfsprekendheid is. Dat was al niet zo vóór de pandemie, zeker niet tijdens en ook niet er na. We moeten er hard aan trekken om de bezoekersstromen weer op gang te krijgen. Maar dan wel met het uitgangspunt dat toerisme een middel is en geen doel. De afgelopen jaren zijn we dat misschien wat uit het oog verloren. Toerisme moet bijdragen aan welvaart en welzijn van bewoners. En omdat elke gemeente of regio is anders is, is maatwerk – nu en straks – om te komen tot duurzaam en passend herstel vereist.

Hoewel het uitblijven van buitenlands toeristisch bezoek in Nederland als totaliteit minder effect heeft dan in landen waar de bezoekerseconomie primair is (zoals Spanje, Griekenland), zien we wel grote nadelige gevolgen. Niet alleen voor ondernemers (horeca, hotels, attracties) maar ook gemeenten (toeristenbelasting, parkeergelden) en OV-bedrijven hebben er veel last van. En dat heeft weer een negatieve invloed op de welvaart en het welzijn van de bewoners. Zorgen zijn er nog meer voor het cultuur-historisch en museale aanbod. Ons publiek-private model werkt  prima, maar gaat met een pandemie onderuit. Veel van onze voorzieningen zijn voor een groot deel afhankelijk van bezoekersinkomsten. Door het uitblijven van gasten wordt de toekomst van (culturele en historische) voorzieningen bedreigd met nadelige gevolgen voor bijvoorbeeld beheer en onderhoud van erfgoed.

Toerisme biedt kansen voor herstel van de economie, kan bijdragen aan leefbaarheid (OV,  middenstand), behoud van het cultureel aanbod (erfgoed, musea) én de schatkist van de lokale overheid (toeristenbelasting, parkeren). Die kansen moeten we grijpen maar dan wel op een economische, sociale, maatschappelijke en duurzame wijze, gebruikmakend van de lessen uit het verleden. Leve de toerist!

Eduard Pieter Oud
Specialist Toerisme

Respons - Evenementen, Toerisme, Citymarketing

Tijd om vakanties te spreiden

Het is lang geleden dat ik in de collegebanken zat, maar in de huidige Corona tijd denk ik er nog geregeld aan terug. Bij het vak vrijetijdseconomie kwamen vakantie modellen aan de orde en de ‘RoVak’, wat stond voor Roterende Vakantie, maakte indruk op mij. Dit Vlaamse model was bedacht als middel tegen werkeloosheid eind zeventiger jaren. Voor wie er meer over wil weten, er is nog wel wat online over terug te vinden.

De RoVak ging uit van de methodiek van negen maanden werken en vervolgens drie maanden vakantie en dat doorlopend. Als je de gehele Europese bevolking volgens dit principe vakantie geeft, verdwijnen de pieken en verlengen de seizoenen bijna als vanzelf. Natuurlijk is het lastig als je als winterliefhebber in de zomer vrij hebt of andersom, maar door het roulatiesysteem komt het eens goed en kun je drie maanden op wintersport.

De praktische uitvoerbaarheid van de RoVak is beperkt maar het helpt op een andere manier naar de inrichting van onze vakanties te kijken, iets wat nu heel erg nodig is. Uit cijfers van NBTC-NIPO blijkt dat door Corona veel minder Nederlanders (lange) vakantieplannen hebben voor de zomer dan vorig jaar, niet naar het buitenland maar (vooralsnog) ook niet in Nederland. Iedereen hoopt dat er straks ruimte komt om ontspannen(der) te reizen, bijvoorbeeld in de herfst- of kerstvakantie. Je ziet het al gebeuren, iedereen wil massaal tegelijk weg met alle gevolgen van dien.

We kunnen deze COVID-19 periode aangrijpen om onze vakantie systematiek anders in te richten en dan vooral vanuit het onderwijs. Natuurlijk vraagt dat weer wat van de scholen maar we hebben ook gezien hoe flexibel en inventief zij zijn. Geef scholieren en studenten, net als nagenoeg alle werkenden, vrij opneembare vakantiedagen (en natuurlijk ook het onderwijzend personeel dat dan niet meer aan dure vakantieperiodes is gebonden). En laten we er dan maar gelijk mee beginnen!

Op 1 juli a.s. start het nieuwe schooljaar dat loopt tot en met 30 juni. Vanaf die dag heeft iedereen vrij opneembare vakantiedagen. De vaste zomervakantie 2020 vervalt waardoor gezinnen met schoolgaande kinderen niet verplicht thuis hoeven te zitten omdat hun vakantie niet mogelijk is. Als ze willen kunnen ze ook kiezen voor een vakantie (in eigen land) maar zijn veel flexibeler.

Met deze aanpassing krijgt de vrijetijdssector weer enig perspectief. Vakantiegangers hoeven niet meer in enkele vakantieweken te worden gepropt. De piekbelasting bij reisaanbieders, carriers etc. maar ook voor bestemmingen (‘overtourism’) wordt beperkt waardoor wonen en bezoeken structureel beter in balans kunnen komen. Bestemmingen moeten wel ruimte creëren om bezoekers op wellicht andere tijden te ontvangen dan tot voor kort. Overheden moeten ondernemers faciliteren om in te kunnen spelen op de veranderende vakantiepatronen, bijvoorbeeld door aangepaste regelgeving over openstellingen.

Kortom, een oplossing die op korte termijn het Corona leed kan verzachten en op lange termijn kan bijdragen aan een duurzame ontwikkeling van bestemmingen en de vrijetijdssector.

Eduard Pieter Oud
Specialist Toerisme & Citymarketing

Respons - Evenementen, Toerisme, Citymarketing

2019: 48 miljoen bezoeken aan 50 grootste dagattracties

Efteling best bezochte attractie in 12e Respons Top 50 Dagattracties

Terwijl in de huidige coronacrisis de poorten en deuren van dagattracties stevig op slot zitten, was 2019 opnieuw een recordjaar voor de Nederlandse dagattracties. Met 5,2 miljoen bezoeken, voert De Efteling de lijst opnieuw weer aan, ondanks dat het park voor het eerst sinds 2013 een lichte daling van het bezoekaantal noteerde. Runners up Rijksmuseum (2,7 miljoen) en Zaanse Schans (2,5) volgen op ruime afstand. Dit jaar zal een aanzienlijk deel van ca € 1,5 miljard aan verwachte bezoekersbestedingen aan de Top 50 verdampen als gevolg van corona. Dit zijn de uitkomsten uit de ‘Top 50 Dagattracties’ zoals jaarlijks uitgegeven door Respons, hét kennisbureau voor evenementen, toerisme en citymarketing.

TOP50 trekt ruim 18 miljoen buitenlandse bezoeken

Het totaal aantal internationale bezoeken van de ‘TOP50 Dagattracties’ bedraagt ruim 18 miljoen; ruim een derde van alle bezoeken aan de vijftig dagattracties. Net als vorig jaar was de Zaanse Schans met 2,2 miljoen bezoeken de grootste internationale dagattractie in 2019. De Zaanse internationale toeristenmagneet wordt gevolgd door Lovers Canal Cruises en het Van Gogh Museum met beiden rond de 1,8 miljoen buitenlandse bezoeken. Bijna 14 miljoen internationale bezoeken worden gerealiseerd in de 10 grootste dagattracties naar internationaal bezoek.

Kunstmuseum grootste stijger in Top 50

In de Top 50 over 2019 staan 5 nieuwe dagattracties opgenomen, waaronder Centraal Museum Utrecht, Deltapark Neeltje Jans en het Koninklijk Paleis op de Dam.  Uit de lijst verdwenen o.a. Sexmuseum Venustempel en Sportiom. De meest voorkomende genres in de Top 50 zijn musea (18), dierentuinen/natuurparken (13) en attractieparken (9). Van de in totaal 50 dagattracties lieten 34 een stijging zien in de bezoekaantallen in 2019, 16 attracties zagen het bezoekaantal in 2019 afnemen tot opzichte van 2018. Op 3 na lieten alle dierentuinen/natuurparken een stijging zien in de bezoekaantallen in 2019. Musea deden het goed in 2019, 13 musea zagen het bezoekaantal stijgen, waaronder het Kunstmuseum dat met een plus van 40% percentueel de grootste stijger is in de Top 50. Het museum veranderde vorig jaar van naam en trok veel bezoekers met de Erwin Olaf expositie.

Meeste dagattracties in Amsterdam

De meeste dagattracties uit de Top 50 zijn in Amsterdam (18), Rotterdam en Den Haag volgen met 4, Utrecht heeft er 2. Noord-Holland heeft er in totaal 20, gevolgd door Zuid-Holland (11) en Gelderland (6).  Van de top 10 grootste ontvangers van internationaal bezoek, liggen er 7 in Amsterdam.

Respons - Evenementen, Toerisme, Citymarketing

Het evenementenjaar 2020

Nederland Marketing in het evenementenjaar 2020

Als we met Nederland internationale aandacht willen, doen we dat doorgaans met onze nationale troeven Rembrandt en Van Gogh. Een Rembrandt Jaar en Van Gogh Jaar zorgen steevast voor internationaal succes. Journalisten van heinde en verre komen als vliegen op de Hollandse Meesters-stroop af en hordes buitenlandse toeristen zorgen ervoor dat de kassa rinkelt voor de BV Nederland.

Nederland Evenementenland in 2020

Maar in 2020 gaan we het rigoureus anders aanpakken. Door een samenloop van omstandigheden vinden er volgend jaar zes grootschalige evenementen met internationale impact in Nederland plaats. In een tijdsbestek van vijf maanden vinden in chronologische volgorde de Formule 1 (Zandvoort), Invictus Games (Den Haag), Eurovisie Songfestival (Rotterdam), EK Voetbal (Amsterdam), Sail 2020 (Amsterdam + Noordzeekanaalgebied) en de start van de Vuelta (Utrecht) in Nederland plaats. En alsof dat allemaal nog niet genoeg is doet het NBTC er nog een schepje bovenop met het themajaar “75 Jaar Vrijheid – Europe remembers’.

Een jaar lang Holland-promotie in optima forma dus. Met volop promotiekansen voor steden als Utrecht, Den Haag en Rotterdam om zich internationaal te profileren met hun onderscheidende proposities. Utrecht als ‘verbindende creator’, Den Haag als stad voor Vrede en Veiligheid en in Rotterdam gebeurt het (Make it Happen). Zandvoort zal de Formule 1 aangrijpen om hun propositie als strand van Amsterdam (Amsterdam Beach) kracht bij te zetten. We zullen volgend jaar ongetwijfeld worden getrakteerd op prachtige citymarketingcampagnes waarbij de trots voor de bewoners van deze steden een boost zal krijgen en bezoekers en bedrijven verleid zullen worden om toch vooral heel snel langs te komen.

Amsterdam doet beroep op de buren

Amsterdam mag zich met vier wedstrijden van het EK Voetbal in de Johan Cruijff ArenA en Sail 2020 spekkoper noemen. Internationaal gezien is de aandacht die deze evenementen de stad gaan opleveren heel goed, met name ook richting de aantrekkelijkheid van (groot) Amsterdam als vestigingslocatie voor internationale bedrijven. Maar de hoofdstad zit eigenlijk niet te wachten op nog meer bezoekers aan de stad. Vandaar ook dat voor een evenement als Sail Amsterdam de samenwerking wordt opgezocht met andere gemeenten in het Noordzeekanaalgebied. Zaanstad en Velsen (IJmuiden) hebben de uitgestoken hand van de hoofdstad inmiddels dankbaar aanvaard en zorgen voor een aanzienlijke vergroting van het (natte) evenemententerrein van de 10e editie van Sail. De komst van de Formule 1 naar Zandvoort zal zeker ook een grote impact hebben op het bezoek aan de hoofdstad. Maar niet alleen Amsterdam, de hele regio profiteert, een groot deel van de hotelcapaciteit is al geboekt tijdens de periode rondom het Formule 1-weekend.

En hoe profiteert Nederland?

Maar hoe kan het hele land profiteren van de mega-evenementen die volgend jaar ons land aan doen. Die vraag ligt op het bordje van het NBTC, onze nationale marketing- en promotieorganisatie en hoeder van het sterke merk ‘Holland’. Sinds een aantal jaren ligt de focus van het NBTC op spreiding, meer (bezoekers) is immers niet altijd beter, zeker niet overal. Het evenementenjaar 2020 kan door het NBTC worden aangegrepen om de diversiteit van Nederland als bestemming voor vakantie en zakelijke meetings en congressen extra onder de aandacht te brengen. Daar is dit keer geen Van Gogh of Rembrandt voor nodig.

Lex Kruijver
Specialist Citymarketing & Evenementen

Dit artikel verscheen ook als column bij Events

Respons - Evenementen, Toerisme, Citymarketing

Respons specialist ‘on tour’

In november is Respons specialist Eduard Pieter Oud te beluisteren op 2 congressen / bijeenkomsten. Op 5 november staat hij als keynote in het ochtendprogramma van het congres ‘zet je regio op de kaart‘ in Hoogeveen. Daar zal hij spreken over (modellen van) regionale samenwerking o.a. gebaseerd op zijn ervaringen in de Metropool Amsterdam en Hart van Noord-Holland maar ook kijken naar Europese voorbeelden. Titel is ‘de wereld van steden en regio’s’.

Op 11 november is hij als keynote aanwezig tijdens de Week van de Ondernemer in Blokzijl, gemeente Steenwijkerland. Tijdens de Dag van het Toerisme spreekt hij over de zin en onzin van spreiding van bezoekers onder de titel ‘waarom zou ik daar naartoe gaan?’. Daarbij geldt het project ‘Amsterdam bezoeken, Holland zien’, waar Eduard Pieter vanaf de start bij betrokken was, als rode draad.

Kaarten voor beide evenementen zijn rechtstreeks via de organisatoren te bestellen.

Wil je ook een van onze sprekers op je congres? Bekijk onze recente presentaties.

Cityhospitality I amsterdam Store, juni 2016
Respons - Evenementen, Toerisme, Citymarketing

Citymarketing is voor bewoners

Destinatiemarketing en citymarketing worden vaak als synoniemen gebruikt. Regelmatig roepen (lokale) politici dat citymarketing goed is voor de groei van toerisme. De definitie van European Cities Marketing maakt duidelijk dat deze blik te beperkt is: Citymarketing is a shared and common strategy to reach economic development and welfare for inhabitants, visitors and companies within cities. Zelf nuanceer ik deze definitie liever: Citymarketing is a shared and common strategy to reach economic development and welfare for inhabitants via visitors and companies within cities.

Wat ‘men’ vaak bedoelt met citymarketing is toeristische promotie; hard roepen dat jouw stad geweldig is, de ideale plek voor een toerist. De zakelijke bezoeker of de congresganger, eigenlijk interessanter, wordt meestal buiten beschouwing gelaten. Met een beetje geluk wordt er echter al breder gedacht: destinatiemarketing. Een bestemming neerzetten voor toeristisch en zakelijk bezoek vanuit de kernwaarden, het DNA van de stad én wordt er ook rekening gehouden met de eigenschappen en mogelijkheden van een bestemming, de behoefte en de capaciteit.

Integrale citymarketing gaat nog een stap verder. Omdat het gaat om welvaart en welzijn van bewoners, zouden zij een belangrijke stem moeten hebben in de koers. De wensen en behoeften van deze primaire doelgroep ‘bewoner’ heeft ook invloed op de andere twee doelgroepen die we binnen de citymarketing onderscheiden: bezoekers en bedrijven. Feitelijk zijn bedrijven en bezoekers middelen die ingezet worden om het uiteindelijke doel, welvaart en welzijn voor bewoners, te bereiken. Deze visie verklaart ook mijn variant van de definitie.

Hoe bereik je dat bewoners tevreden zijn met de plek waar ze wonen of beter nog, dat ze ook uitdragen dat ze tevredenheid zijn? Het begint met draagvlak voor ‘de stad die je wil zijn’, je DNA. Vervolgens kijk je wat voor bedrijven en bezoekers daar bij passen en in welke aantallen. Een goede citymarketing-aanpak kent een nadrukkelijke rol voor bewoners. Er is geen standaard oplossing.

In Nederland zijn we op veel plekken behoorlijk op weg, om te werken vanuit een geïntegreerde citymarketing aanpak. Anders dan in veel buitenlandse steden die, vaak vanuit economische noodzaak, zich (nog) puur richten op destinatiemarketing. Maar als we echter kritisch kijken worden we nog te vaak belemmerd door de onwetendheid van onze bestuurders. Er ligt dus een schone taak voor alle citymarketeers om de kracht van het vakgebied véél beter uit te leggen. Daarnaast hebben we bijna overal nog een uitdaging als het gaat om de betrokkenheid van de bewoners. Het gaat tenslotte om hún welvaart en welzijn.


Eduard Pieter Oud,
Specialist Citymarketing

 

Benieuwd hoe wij je kunnen helpen? Klik hier